Vlaamse stoverij met puree

Bereidingswijze

1. 1

   Voordat je begint: snijd de 600 g riblappen in blokjes van 3 cm. Snijd 2 uien in halve ringen en hak 2 teentjes knoflook fijn. Schil 600 g aardappelen en snijd in gelijke stukken.

2. 2

   Braad het vlees: verhit 1 el boter in een zware braadpan op middelhoog vuur. Bestuif de blokjes rundvlees met 1 el bloem en bak in 2–3 porties 6–8 min tot rondom bruin. Voeg zo nodig een beetje boter toe. Haal het vlees eruit.

3. 3

   Fruit ui en knoflook: smelt 0,5 el boter in dezelfde pan. Bak de 2 uien 6–8 min tot goudbruin. Voeg de fijngehakte knoflook toe en bak 1 min mee.

4. 4

   Blus en bouw de saus: roer 1 el milde mosterd door de uien. Blus met 330 ml donker bier, schraap aanbaksels los. Voeg 200 ml runderbouillon, 1 laurierblad, 1 tl gedroogde tijm en 1 el appelstroop toe. Breng aan de kook.

5. 5

   Stoven: voeg het gebraden vlees terug, draai laag. Stoof met deksel 2–2,5 uur zachtjes tot het vlees boterzacht is; roer af en toe. Laat de laatste 20 min zonder deksel sudderen tot de saus licht indikt.

6. 6

   Kook de puree: kook de aardappelen in 15–18 min gaar in ruim water. Giet af, laat 1 min drogen. Stamp met 50 ml verwarmde melk en 25 g boter tot smeuïge puree. Breng op smaak met zout en peper.

7. 7

   Rond af: proef de stoverij, breng op smaak met zout en peper en roer 1 el natuurazijn erdoor voor balans. Verwijder het laurierblad.

8. 8

   Serveren: schep aardappelpuree op borden en verdeel de stoverij erover. Tip van Sjef: zet wat extra mosterd op tafel voor wie meer pit wil.